Apotheek Delfshaven

Schiedamseweg 5a-7c 3026 AA Rotterdam Tel:010-4771364

Medische Encyclopedie

Inhoud

fosinopril

Fosinopril behoort tot de ACE-remmers. Het verlaagt de bloeddruk en verbetert de pompkracht van het hart.

Artsen schrijven het voor bij hoge bloeddruk en hartfalen.

Wat doet fosinopril en waarbij gebruik ik het?

Hoge bloeddruk

Verschijnselen
Mensen met een hoge bloeddruk voelen hier in het algemeen niets van. Hoge bloeddruk is ook geen ziekte, maar geeft meer kans op hart- en vaatziekten.

Als de bloeddruk hoog is, stroomt het bloed te krachtig door de vaten. Dit is schadelijk voor de bloedvaten. Beschadigde bloedvaten verhogen de kans op een beroerte (herseninfarct of hersenbloeding) en ernstige hartziekten, zoals hartkramp en hartfalen.

Werking
ACE is de afkorting van een enzym dat een rol speelt bij de spanning van de spiertjes rond de bloedvaten. Door het ACE te remmen vermindert de spanning in deze spiertjes. Hierdoor worden de bloedvaten ontspannen en wijder. Het bloed kan daardoor beter doorstromen en de bloeddruk gaat omlaag.

Door ACE-remmers scheiden de nieren ook meer zout (natrium) uit met de urine. Dit maakt de bloeddruk ook lager. Door de lagere bloeddruk is er minder kans op een hart- en vaatziekte, zoals een beroerte.

Behandeling
Bij de behandeling van een hoge bloeddruk kunnen artsen verschillende medicijnen voorschrijven. Vaak beginnen ze met een plastablet en/of een bètablokker. Als deze onvoldoende helpen of als deze niet gebruikt kunnen worden, schrijft de arts een ACE-remmer voor. Soms schrijft de arts direct een ACE-remmer voor. Bijvoorbeeld als ook hartfalen of een nierziekte bestaat.

Effect
Uw bloeddruk daalt binnen 3 tot 6 uur. Zelf merkt u hier niet veel van. U weet dit pas als de arts uw bloeddruk meet. Uw arts zal 4 weken nadat u met dit medicijn bent gestart uw bloeddruk meten. 

Het is belangrijk dat u dit medicijn elke dag inneemt. Alleen dan kan dit medicijn u optimaal beschermen tegen hart- en vaatziekten.

Lees meer over hoge bloeddruk . “

Hartfalen

Verschijnselen
Bij hartfalen (hartzwakte) is de pompkracht van het hart verzwakt. Het bloed wordt niet meer goed rondgepompt. U bent daardoor sneller moe en u kunt last krijgen van vocht in de benen of achter de longen. U bent dan ook sneller benauwd.

Oorzaak
Hartfalen kan ontstaan door een langdurig bestaande hoge bloeddruk, slecht werkende hartkleppen, vernauwing in de bloedvaten die het hart van bloed voorzien (kransslagaders), stoornissen in het hartritme of een hartinfarct.

Behandeling
Behalve het wegnemen van de oorzaak, zoals het behandelen van de hoge bloeddruk of het vervangen van een slechte hartklep, spelen geneesmiddelen een belangrijke rol bij hartfalen. De belangrijkste medicijnen zijn plastabletten en ACE-remmers of angiotensine-II-blokkers. Vaak schrijft de arts een combinatie van deze medicijnen voor, bijvoorbeeld een ACE-remmer met een plastablet.

Werking
ACE-remmers verlagen de bloeddruk en verbeteren de conditie van de hartspier. Hierdoor verbetert de pompkracht van het hart en verminderen uw klachten. De kans om aan een hartziekte te overlijden neemt dan af. 

Effect
Het is belangrijk dat u dit medicijn elke dag inneemt. Alleen dan kan dit medicijn u optimaal beschermen tegen hart- en vaatziekten. U merkt dan dat u minder last heeft van dikke enkels, en benauwd en moe bent.

Lees meer over hartfalen . “

Wat zijn mogelijke bijwerkingen?

Zelden (bij 1 tot 10 op de 100 mensen)

  • Kriebelhoest

    De hoest kan heel hardnekkig zijn en niet verminderen als u medicijnen tegen kriebelhoest gebruikt. Gaat deze bijwerking niet over? Neem dan contact op met uw arts. Mogelijk kan uw arts een ander medicijn voorschrijven dat deze bijwerking niet heeft.

  • Duizelig worden, vooral bij opstaan uit bed of uit een stoel.

    Dit gaat in het algemeen over als uw lichaam zich heeft ingesteld op de lagere bloeddruk, binnen enkele dagen tot weken. Als u zich duizelig voelt, sta dan niet te snel op uit bed of van een stoel. U kunt het best even liggen en de benen wat hoger leggen, bijvoorbeeld op een kussen. Neem dit medicijn de eerste paar keer in de avond op de rand van uw bed. Dan kunt u liggen als u duizelig wordt. Raadpleeg uw arts als u na enkele weken nog steeds duizelig wordt door dit medicijn.

  • Maagdarmklachten, zoals misselijk zijn, overgeven, buikpijn, diarree, en zure oprispingen.

    Zeer zelden eetstoornissen, zoals minder eetlust, afvallen of zwaarder worden. opgezette buik, verstopping en winderigheid. 

    Heeft u veel last van maagdarmklachten? Overleg dan met uw arts.

    Diarree, koorts en overgeven kan voor uitdroging zorgen. Dit leidt tot erge bijwerkingen. Heeft u diarree en bent u boven de 70 jaar of heeft u een hartaandoening of werken uw nieren minder goed? Dan heeft u meer kans op uitdroging. U moet dezelfde dag nog contact opnemen met uw arts.  De arts kan de dosering van het medicijn tijdelijk verlagen, of het medicijn tijdelijk stoppen.
    Heeft u vaker op een dag last van overgeven? Of heeft u langer dan 2 dagen koorts? Neem dan ook contact op met uw arts.

  • Hoofdpijn

    Raadpleeg uw arts als u hier veel last van heeft.

  • Griepachtige klachten met een loopneus of een keelontsteking.

    Zeer zelden benauwd zijn. Ook kunt u opeens kortademig zijn door kramp in de spieren rond uw luchtwegen. Waarschuw dan een arts.

     

  • Pijn in spieren en botten.

    Zeer zelden gewrichtspijn, jicht en zwakke spieren.

  • Huiduitslag. Dit kan wijzen op overgevoeligheid, maar dat hoeft niet. Raadpleeg bij huiduitslag uw arts. Als u de huidziekte psoriasis heeft: de klachten kunnen verergeren. Merkt u dat uw klachten erger worden? Neem dan contact op met uw arts.

    Zeer zelden jeuk en galbulten. Raadpleeg dan uw arts.

  • Teveel aan kalium, een bepaalde stof in het bloed. U merkt dit meestal zelf niet op. Uw arts zal tijdens de behandeling uw bloed regelmatig controleren. Een enkele keer kunt u hierdoor last krijgen van lusteloosheid en hartritmestoornissen. Een te hoog kaliumgehalte kan met name ontstaan als uw nieren minder goed werken of als u hartfalen heeft.

  • Smaakveranderingen

  • Wazig zien.

    Meestal gaat dit na enige dagen tot weken over. Blijft u er last van houden? Raadpleeg dan uw arts.

  • Moe zijn, zwak gevoel, weinig energie en slaapproblemen, zoals slaperig zijn.

  • Erectiestoornis

    Dit komt door de lagere bloeddruk. Heeft u veel last van deze bijwerking? Vraag dan advies aan uw arts. 

  • Psychische klachten, zoals stemmingswisselingen.

    Zeer zelden depressie, veranderingen in gedrag, in de war zijn en geheugen problemen.

    Als u te veel last heeft van deze bijwerkingen, neem dan contact op met uw arts. Deze bijwerkingen verdwijnen meestal weer als u stopt met het medicijn.

  • Een veranderd gevoel in uw huid, zoals tintelingen, prikkelingen of een doof gevoel.

  • Pijn op de borst. U kunt hier meer last van hebben bij inspanning. Neem contact op met uw arts als u hier last van heeft.

  • Hartritmestoornissen. U kunt dan opeens duizelig zijn of even flauwvallen. Overleg met uw arts u klachten krijgt.

  • Moeite hebben met plassen

    Heeft u hier veel last van? Neem dan contact op met uw arts.

  • Opgezwollen enkels en onderbenen. Dit komt door verwijding van de bloedvaten in de benen. Meestal verdwijnt dit na enkele weken. Raadpleeg uw arts, als u er hierna nog steeds last van heeft.

Zeer zelden (bij minder dan 1 op de 100 mensen)

  • Oorsuizen en oorpijn.

  • Een verminderde nierwerking.

    Meestal merkt u dit niet zelf op, maar via bloedonderzoek kan dit worden opgemerkt. Uw arts zal de nierfunctie regelmatig controleren. Zeer zelden moeilijkheden met plassen.

  • Ontsteking van de alvleesklier of van de lever en bloedafwijkingen. Bij plotselinge hevige pijn in bovenbuik, geelzucht, onverklaarbare blauwe plekken, extreem moe zijn of keelpijn met koorts en blaren in de keel, moet u direct een arts waarschuwen.

  • Overgevoeligheid voor dit medicijn. U merkt dit aan huiduitslag, galbulten of jeuk. Raadpleeg dan uw arts.  

    Een ernstige overgevoeligheid is te merken aan flauwvallen of een zwelling van het gezicht, lippen, mond, tong of keel. U kunt hierbij erg benauwd worden. In zeer zeldzame gevallen ontstaat er een ernstige huidaandoening met blaren op de huid. Waarschuw in al deze gevallen direct een arts of ga naar de Eerste-hulpdienst. 
    Bent u overgevoelig voor dit medicijn? Dan mag u het niet meer gebruiken. Geef dit daarom aan de apotheker door. Het apotheekteam let er dan op dat u dit medicijn niet opnieuw krijgt.

  • Blozen, opvliegers, veel zweten en droge mond

  • Neusbloeding

Uitleg frequenties

Regelmatig : bij meer dan 30 op de 100 mensen
Soms : bij 10 tot 30 op de 100 mensen
Zelden : bij 1 tot 10 op de 100 mensen
Zeer zelden : bij minder dan 1 op de 100 mensen

Mag ik fosinopril gebruiken met andere medicijnen?

Dit medicijn heeft wisselwerkingen met andere medicijnen. In de tekst hieronder staan alleen de werkzame stoffen van deze medicijnen, dus niet de merknamen. Of uw medicijn een van die werkzame stoffen bevat, kunt u nagaan in uw bijsluiter onder het kopje ‘samenstelling’.

De medicijnen waarmee de belangrijkste wisselwerkingen optreden, zijn de volgende.

  • Plastabletten. Deze wisselwerking is alleen van belang als u al een plastablet gebruikt en daar dit medicijn bij krijgt. De eerste paar dagen dat u deze combinatie gebruikt kunt u erg duizelig worden, doordat de bloeddruk sterk daalt. Overleg met uw arts als u plastabletten gebruikt. Mogelijk moet u hier een paar dagen mee stoppen of uw arts zal een lagere dosering van fosinopril voorschrijven.
  • Andere bloeddrukverlagende medicijnen. De bloeddruk kan te laag worden als u fosinopril samen met andere bloeddrukverlagers gaat gebruiken. Uw arts houdt hier rekening mee en zal in het begin een lagere dosering voorschrijven. Al naar gelang het effect zal de arts de dosis geleidelijk verhogen.
  • Kaliumzout en de kaliumsparende plasmiddelen, spironolacton en triamtereen. Door combinatie van fosinopril met deze medicijnen kan de hoeveelheid kalium in het bloed te hoog worden. Overleg met uw arts als u deze medicijnen gebruikt.
  • De antibiotica co-trimoxazol (trimethoprim/sulfamethoxazol) en trimethoprim. De combinatie kan de hoeveelheid kalium in het bloed te hoog maken. Overleg met uw arts als u fosinopril gebruikt.
  • Lithium, een medicijn tegen manische depressie. Fosinopril kan de bijwerkingen van lithium versterken, zoals overgeven, diarree, moeite met praten, spiertrekkingen, spierzwakte, slaperig en suf zijn. Waarschuw uw arts als u last heeft van deze klachten. Uw arts zal de hoeveelheid lithium in het bloed extra controleren.
  • Pijnstillers van het NSAID-type, zoals ibuprofen, naproxen en diclofenac. Deze pijnstillers kunnen de werking van fosinopril bij hoge bloeddruk en hartfalen verminderen. Gebruik deze pijnstillers daarom liever niet.
    Heeft u een hoge bloeddruk en gebruikt u een pijnstiller van het NSAID-type langer dan 2 weken? Dan zal uw bloeddruk extra gecontroleerd moeten worden. 
    Heeft u hartfalen en krijgt u meer klachten krijgt van moe en benauwd zijn of dikke enkels? Neem dan contact op met uw arts.

Kan ik met dit medicijn autorijden, alcohol drinken en alles eten of drinken?

autorijden, alcohol drinken en alles eten?
Ja, dat kan. U mag autorijden, en u mag eten en drinken zoals u normaal doet.

Mag ik dit medicijn gebruiken als ik zwanger ben, wil worden of borstvoeding geef?

Zwangerschap
Gebruik dit medicijn NIET als u zwanger bent of binnenkort wilt worden. Dit medicijn is slecht voor de baby. Het kan aangeboren afwijkingen bij de baby veroorzaken. Gebruikt u dit medicijn? Overleg dan met uw arts of apotheker. Misschien kan uw arts een ander medicijn voorschrijven. Een medicijn waarvan wel bekend is dat u het veilig kunt gebruiken.

Borstvoeding
Wilt u borstvoeding geven? Overleg dan met uw arts of apotheker. Het is niet bekend of dit medicijn in de moedermelk komt en of het slecht voor de baby is. Misschien kan uw arts een ander medicijn voorschrijven. Een medicijn waarvan wel bekend is dat u het veilig kunt gebruiken. Of u kunt kunstvoeding geven. 

Hoe gebruik ik dit medicijn?

Kijk voor de juiste dosering op het etiket van de apotheek.

Hoe?

Tablet: slik de tablet met een half glas water.

Wanneer?

  • U mag dit medicijn innemen op elk moment van de dag. Kies wel een vast tijdstip, dan vergeet u minder snel een dosis.
  • Als u begin met dit medicijn, kunt u duizelig worden. Heeft u hier veel last  van? Neem dit medicijn dan de eerste dagen in de avond in, als u op uw bed zit. Dan kunt u gaan liggen als u duizelig wordt.

Hoelang?

Gebruik dit medicijn zolang uw arts het voorschrijft. Als dit medicijn goed bij u werkt, moet u het waarschijnlijk uw leven lang gebruiken.

Terug naar overzicht